In de zomer van 2016 maakte Bas Dost de overstap van VfL Wolfsburg naar Sporting CP. In zijn eerste seizoen maakte de Deventenaar 37 goals in 43 officiële duels, deze jaargang staat de teller na 42 officiële duels op 31 doelpunten. Dost voelt zich duidelijk thuis in Lissabon. In de nieuwe editie van ons magazine een uitgebreid interview met de Oranje-international over zijn scoringsdrift en leven in Portugal, dat hem op het lijf is geschreven.
Waarom zou Dost ooit nog terugkeren naar het regenachtige Nederland? Hij geeft toe dat het weleens door zijn hoofd spookt. “Maar ik denk dat het nu nog te vroeg is om te bepalen hoe de rest van mijn leven eruit moet zien. Een tweede huis in een zonnig land is ook al een rijkdom. Of dat huis per se in Portugal moet staan, weet ik ook nog niet", zegt Dost in de nieuwe ELF Voetbal, die vanaf nu verkrijgbaar is.
Goed is goed
Over zijn sportieve toekomst heeft hij wel een helder beeld geschetst. Sterker nog: Bas Dost ziet zichzelf nog jaren in groen-wit spelen. Koopgrage en schatrijke Engelse clubs kunnen zich de moeite besparen om de goalgetter naar het Verenigd Koninkrijk te lokken. Ter info: Dost is goed voor een kleine twee miljoen netto en heeft een contract tot de zomer van 2020. “Waarom zou ik weggaan bij Sporting? Ik ben hier volmaakt gelukkig. Wat dat geld betreft, of beter gezegd nóg meer geld, moet je eerlijk tegen jezelf kunnen zijn. Genoeg is genoeg.” Na een korte stilte, mochten we hem niet goed verstaan hebben: “Als het goed is, is het goed.”
Hij somt op: “Een fantastisch salaris, een heerlijk leven, een geweldige club, een trainer die in mij gelooft, een ploeg die op mij is ingesteld, een prima competitie en voldoende sportieve uitdagingen. De keuze lijkt mij niet zo moeilijk. Neem dit seizoen: we hebben verdienstelijk in de Champions League gespeeld, waarbij we de pech hadden dat we in de poule Barcelona en Juventus hadden geloot. In de Europa League zijn we doorgedrongen tot de kwartfinale en in de competitie hebben we lang om de titel meegestreden", besluit de Deventenaar.