We zitten op een zonnige septembermiddag in een studio in De Kuip met uitzicht op het veld. Justin Bijlow wijst vanachter glas naar beneden. “Daar zitten ze elke thuiswedstrijd: in Vak V. Mijn pa en broer missen geen wedstrijd. Ook geen uitwedstrijd”, zegt hij. “Als ik niet op doel had gestaan bij Feyenoord had ik daar iedere thuiswedstrijd gestaan met familie en vrienden. Tot ruim een jaar geleden kon je mij daar vinden. Ik merk nu dat ik toen als supporter eigenlijk meer spanning had voor de wedstrijden dan wanneer ik in het doel sta.”
FAMILIEDROOM
Op 13 augustus 2017 stond hij er voor het eerst: op doel bij Feyenoord. Bijlow debuteerde in De Kuip tegen FC Twente (2-1). Sinds dit seizoen is hij met rugnummer 22 eerste keeper. Bijlow speelt sinds de F’jes bij Feyenoord en doorliep de academie op Varkenoord. Hij werd geboren in het Erasmus MC en groeide met zijn ouders, broer en zus op in Rotterdam-West.
Vader Willem heeft een aannemersbedrijf en reist Feyenoord al jaren overal achterna: in Nederland en door Europa, vertelt Bijlow. Aan de zijde van zijn vader en broer Joël beleefde hij speciale avonden als supporter in De Kuip. “Drie wedstrijden springen voor mij eruit: thuis tegen Sevilla, met die goal van Karim El Ahmadi, de bekerwedstrijd tegen Ajax met die goal in blessuretijd en de wedstrijd met Elvis Manu tegen Zorya Luhansk. Op dat soort momenten werden we echt gek van vreugde. Dan lagen we twee rijen lager op de grond. Ik kan me ook een halve finale van de beker tegen FC Twente herinneren. Toen zag ik nog een gozer een salto maken… Hoe hij dat deed wist hij zelf ook niet, haha. Als ik nu als speler vanaf het veld naar Vak V kijk zie ik nog steeds veel bekende gezichten zitten.”
Ook broer Joël doorliep de academie van Feyenoord. Hij kwam, als spits, tot de beloften. Een debuut in het eerste bleef uit. Zo’n tien jaar geleden mocht hij onder coach Gertjan Verbeek wel meetrainen met de hoofdmacht, toen met spelers als Giovanni van Bronckhorst, Denny Landzaat en Roy Makaay. “Joël is acht jaar ouder en ik keek als jonge jongen tegen hem op. Ik wilde net als hij voor Feyenoord spelen. Helaas moest hij al op jonge leeftijd stoppen door zware knieblessures. Joël had zeker talent. Toen ik debuteerde voor Feyenoord 1 kwam zijn droom ook een beetje uit. Hij is trots op mij. Net als mijn hele familie. Ze hebben mij ook altijd ondersteund om mijn droom te realiseren. Ik kwam nooit iets tekort. Het scheelt daarbij dat we allemaal gek zijn van Feyenoord. Met de paplepel ingegoten.”
Hoe zou je jullie liefde voor Feyenoord omschrijven?
“Laat ik het zo zeggen: we kunnen er niet goed tegen als iemand slecht over Feyenoord praat, haha.”
DOEL BEREIKT
Op zijn rechterarm heeft Bijlow de skyline van Rotterdam, met onder andere de Erasmusbrug, laten tatoeëren. Op zijn kuit staat een tatoeage met de datum van de kampioenswedstrijd tegen Heracles Almelo (14 mei 2017), een afbeelding van de kampioensschaal en de tekst ‘Many years of hurt never stopped us believing’. “Die heb ik samen met een aantal goede vrienden laten zetten. Het was voor iedereen bij Feyenoord een bijzondere dag. Dat ik deel uitmaakte van die selectie neemt niemand mij ooit af. Er zijn mensen die vragen of die landstitel ook voor mij als een prijs voelt. Natuurlijk wel, ook al heb ik in dat jaar niet gespeeld. Je maakt toch onderdeel uit van een team. Het was heel bijzonder om op het bordes van het stadhuis te staan en alle supporters op de Coolsingel te zien. Ik bleef toen wel een beetje op de achtergrond. De voorgrond was voor de spelers die toen echt belangrijk waren. Ik heb de kampioensschaal die middag maar een of twee keer aangeraakt. Het zou beetje gek zijn als ik er hele dag mee had gelopen en geen minuut had gespeeld.”
Als basisspeler won Bijlow begin augustus de Johan Cruijff Schaal in Eindhoven tegen landskampioen PSV. Na de wedstrijd was hij de gevierde man bij Feyenoord. “Ik had tijdens de wedstrijd niet zo veel spectaculaire reddingen, maar als je dan tijdens de strafschoppenserie twee ballen pakt kom je wel in de schijnwerpers, ja. Ik ben niet iemand die daarna naast zijn schoenen gaat lopen. Ik ben van nature vrij nuchter. Ik was achteraf vooral blij dat ik het team kon helpen en dat we weer een prijs wonnen. Ik zag mijn vader en broer na de wedstrijd en hoorde dat ze tijdens die strafschoppenserie bijna van de tweede ring vlogen van vreugde en trots, haha. Er zat gelukkig nog een glazen wand tussen hen en de afgrond.”
Hoe was het voor jou om afgelopen zomer te horen dat je werd gepromoveerd tot eerste keeper?
“Nou, ik liep met een brede glimlach rond na het gesprek met de trainer waarin hij het mij vertelde. Mijn droom, toen ik ooit begon in de academie, was om eerste keeper te worden bij Feyenoord. Heel mooi dat dit is gelukt. De trainer vertelde dat de staf en hij merkten dat ik er klaar voor was en dat hij mij de kans gunde en vertrouwen in mij heeft. De beloning voor jaren van hard werken en geduld hebben. Er waren meerdere momenten waarop ik verhuurd had kunnen worden, maar ik wilde bij Feyenoord blijven en hier mijn kans afwachten. Ik wist dat het in de voorbereiding weer tussen Brad, Kenneth en mij zou gaan. Ik voelde dat er iets aan zat te komen. Zeker toen Brad vertrok. Het leuke is dat ik met vrienden een paar jaar geleden had afgesproken dat ik rond deze periode eerste keeper wilde zijn bij Feyenoord. Nee, ik heb er niet met ze op gewed. Dat mag niet hè? Haha. Het was op dat moment misschien een beetje bluf, maar ik ben iemand die hoge doelen stelt en ambitieus is.”
LEERMOMENTEN
Wat is jouw volgende doel?
“Veel wedstrijden spelen bij Feyenoord en ervaring opdoen. Topkeepers spelen zo’n 45 wedstrijden per jaar en zijn elke wedstrijd volledig gefocust: klaar om met een redding het verschil te maken als het moet. Daarin wil ik nog stappen maken: altijd op mijn hoede zijn. Ik kijk daarvoor naar de top. Dat zijn wat mij betreft mannen als Manuel Neuer, Jan Oblak, Alisson Becker en David de Gea. In dat rijtje vind ik De Gea de meest complete keeper. Ik wil ook een complete keeper worden. Een allrounder. Ik vind van mezelf dat ik prima kan meevoetballen en ben ook vrij goed op de lijn. Maar je moet dat ook op de cruciale momenten laten zien. Het belangrijkste is dat je als keeper rust uitstraalt en echt een steunpunt bent in het team. Ik hoop ooit richting de top te groeien. Mocht Feyenoord mijn plafond blijken, dan blijf ik ook met alle liefde hier graag jaren spelen. Maar ik ga voor het hoogst haalbare.”
Voor iemand die hoge doelen stelt aan zichzelf: wanneer wil je in het Nederlands elftal staan?
“Haha, nou ooit hoop ik wel voor Oranje uit te komen. Dat wil iedere voetballer in Nederland. Maar ik weet niet wanneer dat gaat gebeuren. Ik heb nog een aantal grote jongens voor me. Zeker niet de minste keepers: Jasper Cillessen staat niet voor niets bij FC Barcelona onder contract en Jeroen Zoet is al jaren van waarde voor PSV. Ze zeggen weleens goed genoeg is oud genoeg, maar met keepers is dat toch iets anders. Ik moet nu vooral veel spelen en dan zien we wel of en wanneer Oranje op mijn pad komt. Alles stapje voor stapje.”
Je bent nu een paar maanden eerste keeper bij Feyenoord. Hoe kijk je terug op die beginperiode?
“De start was nog mooi met winst van de Johan Cruijff Schaal tegen PSV, maar daarna verliep het dramatisch tegen Trencin en De Graafschap. Het blijft zonde dat we zijn uitgeschakeld in Europa. Met name tijdens die uitwedstrijd in Slowakije lieten we het afweten. Een club als Feyenoord mag nooit op zo’n manier verliezen. Nadat we ook bij De Graafschap verloren hebben we de koppen bij elkaar gestoken en gezegd dat het zo niet langer kon. Dan zeggen we elkaar wel even de waarheid, ja. Gelukkig hebben we daarna de draad weer opgepakt. Zodra de resultaten dan beter worden en er meer voetbal in de ploeg komt zie je ook het vertrouwen terugkomen. Want het voetballen zijn we echt niet verleerd met z’n allen.”
GENIETEN
Hoe ga jij om met tegenslagen, zoals aan het begin van dit seizoen?
“Als sportman wil je altijd goed presteren en winnen. Als dat een paar keer niet lukt dan baal ik er natuurlijk na de wedstrijd even van. Maar de volgende ochtend ben ik dat weer kwijt. Dat moet, want er staat altijd weer een volgende wedstrijd voor de deur. Ik ben niet iemand die lang in het negatieve blijft hangen. In de kleedkamer ben ik niet degene die het hoogste woord voert. Ervaren jongens als Robin van Persie, als captain, Jordy Clasie en Steven Berghuis zijn verbaal iets meer aanwezig. Maar als mij iets dwars zit laat ik me horen. Op dat gebied lever ik ook mijn bijdrage.”
Wat merk jij van druk van het spelen voor een club als Feyenoord?
“Nou wanneer het zoals aan het begin van dit seizoen een paar wedstrijden niet loopt zoals het hoort neemt de druk toe. Dat merkt iedereen. Het is dan wel belangrijk om je niet te laten meeslepen in de negatieve geluiden van buitenaf en vertrouwen te houden in een ommekeer. Iedereen weet ook dat we genoeg kwaliteiten in de selectie hebben. Het moet er dan wel uitkomen. Ik ervaar zelf geen last van druk of zenuwen. Gezonde spanning voel ik wel en ook zeker een bepaalde druk wanneer ik het veld opstap. Maar die ervaar ik niet als negatief. Je hebt ook druk nodig om jezelf te blijven testen. Ik heb van mijn broer geleerd: probeer ook te genieten van waarmee je bezig bent en het leven dat je leidt. Een blessure kan zomaar het einde van je carrière betekenen. Daarom kom ik altijd lachend uit de tunnel het veld op. Die sfeer in De Kuip is zo intens. En op het veld is het nog mooier dan op de tribune, heb ik ervaren, haha.”
Welke rol speelt Kenneth Vermeer, sinds deze zomer tweede keeper bij Feyenoord, als concurrent in jouw leerproces?
“Ik leer heel veel van Kenneth. Eigenlijk zie ik hem ook niet als concurrent, meer als collega. Hij heeft veel ervaring en wil die ook met mij delen. We hebben een hele goede band met elkaar. Al sinds onze eerste ontmoeting hebben we een goede klik. Binnen en buiten het veld. Hij ondersteunt mij en stimuleert mij om beter te worden. Net zoals Brad vorig seizoen. Kenneth en Brad hadden hun eigen kwaliteiten: Kenneth heeft snelle reflexen en kan goed meevoetballen en Brad is heel sterk in de lucht. Er werd weleens gezegd dat Brad voetballend wat minder was, maar je bent als keeper ook afhankelijk van je afspeelmogelijkheden, dus hoe teamgenoten positie kiezen. Ik hoop een soort mix van Brad en Kenneth te worden. Dat zou ideaal zijn. Keepen is een ervaringsvak en ik ben pas twintig jaar. Ik zal hier en daar een fout maken, maar die maakt iedereen. Ook de topkeepers. Het gaat erom hoe je ermee dealt. Zo weet ik ook van de verhalen die ik heb gehoord over Jerzy Dudek dat hij geen vlekkeloze start bij Feyenoord beleefde en later belangrijk werd en uitgroeide tot een topkeeper van Liverpool. Waar mijn plafond ligt weet ik nu niet, maar wat ik zeker weet: Feyenoord blijft mijn club.”
‘DÉ TITELFAVORIET WIL IK ONS NIET NOEMEN’
Justin Bijlow weet hoe het is om kampioen te worden met Feyenoord. Als derde keeper achter Brad Jones en Kenneth Vermeer maakte hij de winst van de landstitel van 2017 mee. Bijlow hoopt ook als basiskracht ooit met de schaal naar De Coolsingel te gaan. “Of dat dit seizoen gaat gebeuren? We gaan altijd voor het hoogst haalbare maar dé titelfavoriet wil ik ons niet noemen. Ajax en PSV hebben ook sterke selecties. Ajax heeft met Dusan Tadic en Daley Blind goede aankopen gedaan en met Frenkie de Jong hebben ze echt een topspeler in huis. Ook al gaat het over onze grote rivaal, dat kan ik best zeggen. Ik heb nog met Frenkie in jeugdteams van de KNVB gespeeld. Toen viel hij al echt op met zijn dribbels en overzicht aan de bal. Ajax en PSV hebben overtuigend de groepsfase van de Champions League bereikt, maar het moet blijken hoe ze uit die duels komen. Wij focussen ons op de Eredivisie en het bekertoernooi. Hopelijk kunnen we onze prijzenreeks van de laatste jaren verder aanvullen.”