Alessandro Damen verontschuldigt zich. Er kwam even iets tussendoor, waardoor hij enigszins verlaat is. Zoals er wel vaker nog even iets tussendoor komt. De keeper van Spakenburg en ex-goalie van onder meer Excelsior en Heracles Almelo is tegenwoordig personal trainer/performance coach bij Utrecht Performance Centre, waarvan hij mede-eigenaar is. “Ik zie allerlei mensen. Ik doe afvaltrajecten, of begeleid mensen die gewoon fitter willen worden. Op performanceniveau werk ik samen met een aantal profvoetballers en een aantal topamateurs. En ik werk ook een aantal keren per week met iemand als Wesley Sneijder.”
De lat van Damen en zijn compagnons ligt hoog. Hij wil uitgroeien tot hét performancecentrum van Utrecht. “Alle clubs in de regio moeten uiteindelijk bij ons komen revalideren, preventief trainen of op performancevlak beter worden. Voetbal is onze specialiteit, maar we staan ook open voor andere sporters. Daar zijn we hartstikke druk mee en dat vergt genoeg werk. En ja, het lijkt me ook supergaaf om ooit door te groeien en performancecoach te worden bij een profclub.”
Damen hield altijd al van krachttraining, maar in het begin vooral om er beter uit te zien. Door liefst drie gescheurde kruisbanden zag hij de betekenis ervan meer en meer in. “Hoeveel waarde het kan hebben op blessure-preventief niveau, maar ook qua performance op het veld. Mijn liefde voor krachttraining is alleen maar groter geworden, want je kan er echt een betere atleet door worden. Zodoende ben ik hiermee gestart.”
Twijfels
Door het vele blessureleed is Damen nooit écht doorgebroken in de Eredivisie. De keren dat hij een basisplaats veroverde, ging het mis. “Ik heb niet alles eruit kunnen halen, want in de bloei van mijn loopbaan heb ik gewoon drie jaar gemist. Het had heel anders kunnen lopen, maar tegelijkertijd heeft het me veel gebracht. De eerste keer besefte ik de impact ervan niet. Ik kan snel relativeren en alles was nieuw voor me, maar net nadat ik terugkeerde ging het mis aan mijn andere knie. Toen brak ik wel even, ja.”
Er kwamen twijfels. Twijfel of hij ooit nog fit zou worden, of hij überhaupt wel geschikt zou zijn voor topsport. “Ik heb het toch weer opgepakt en werd eerste keeper bij Excelsior. Ik dacht: nu alleen nog vooruitkijken en gewoon vlammen! Dan scheur je in de derde wedstrijd van het seizoen (2017/18) weer je kruisband af… Toen heb ik twee weken nodig gehad om mezelf weer op te beuren. Die twijfel kwam alleen maar sterker terug, en ik ging mezelf ook onzinnige verwijten maken. Gelukkig heb ik me er toch weer overheen gezet.”
Damen maakt één afspraak met zichzelf: als hij zelf geen vertrouwen in zijn lichaam heeft, stopt hij meteen. “Ik heb eigenlijk nooit meer getwijfeld en heb ook uiteindelijk weer bereikt wat ik wilde: keepen in de Eredivisie. Tot de zomer van 2022 was ik prof, maar toen ben ik overgestapt naar Spakenburg. Dat bevalt goed. Het is een grote club met een kritische aanhang. Dat is juist een van de redenen dat ik naar Spakenburg ben gegaan. Ik vind dat alleen maar goed. De fans gaan ervan uit dat je altijd meedoet om het kampioenschap, maar afgelopen jaren lukte dat niet. Een beetje zoals Feyenoord in het verleden. Op amateurniveau is het een beetje te vergelijken.”
Power
Waar Arne Slot de Rotterdammers aan het voetballen kreeg, lukt dat Chris de Graaf bij Spakenburg ook. Vorig jaar haalde de club de halve finale van de beker, maar wilde het in de Tweede Divisie nog niet vlotten. Dit jaar is dat anders, want op dit moment staat Spakenburg fier aan de leiding. “Het grootste verschil is dat we veel meer power hebben. Als we een wedstrijd minder voetballen, kunnen we alsnog winnen door gewoon keihard te werken.”
“Twee weken terug hadden we het tegen ACV Assen héél moeilijk. Dat is een hele goede ploeg, maar we wonnen net aan. Vorig jaar wonnen we alleen als we goed voetbalden. We konden niet schakelen. De trainer heeft inmiddels een jaar kunnen bouwen en spelers weten wat hij wil. We hebben ook heel gericht spelers erbij kunnen halen, die iets extra’s kunnen bieden wat we nog niet hadden. Dat allemaal maakt het verschil.”