Het is dat RKC tegenwoordig kunstgras heeft. Een kunstmatig veld laat zich niet zo snel beschadigen. Maar wat als het gras van de Waalwijkers wél natuur was? Dan zou in ieder geval het gebied rondom de dug-out van RKC aan vervanging toe zijn. Kapotgelopen door de nieuwe trainer van dienst, Hans de Koning. Een bal hoefde maar half verkeerd gepasst worden naar een andere speler, of de 57-jarige coach schipperde uit zijn stoel als een stuiterende skippybal. Een aanwijzing of twee later ging hij weer rustig zitten. Om na een tiental seconden de randen van zijn trainershok opnieuw op te zoeken. De eerste wedstrijd van De Koning was niet de meest rustige uit zijn carrière. Zelfs na de enige goal van de match nam hij amper tijd om te juichen. De organisatie, die moest net wat anders staan.
Of hij het trainerschap gemist heeft, luidt de vraag als wij De Koning confronteren met zijn actieve houding langs de zijlijn. “Als kiespijn”, grapt hij tegenover ELF Voetbal, waarna hij een uitleg voor zijn gedrag geeft. “Ik moet op dit moment constant blijven coachen. Zorgen dat de jongens wakker blijven. Dat ze, in hun vermoeidheid, toch hun taken blijven uitvoeren. We hebben van tevoren dingen afgesproken, dan wil ik dat de groep dat blijft doen.”
Tegenpolen
Hans de Koning is terug op de Nederlandse voetbalvelden. En daar zijn ze in Waalwijk heel blij mee. De periode onder Peter van den Berg heeft RKC zeker goeds gebracht. Vorig jaar werden voor het eerst sinds de degradatie in 2014 de play-offs gehaald. Een wereldprestatie, gezien de rampspoed waarin de Waalwijkers financieel en sportief zaten toen Van den Berg begon met zijn job. Dit jaar hoopte RKC door te kunnen pakken en was het halen van de play-offs meer dan een verre ambitie. Het was een doel. De resultaten vielen echter tegen en vlak voor Kerstmis werd Van den Berg het slachtoffer. Zijn opvolger is in veel opzichten een absolute tegenpool. Voor Van den Berg was RKC zijn eerste club, De Koning heeft een brok aan ervaring. Van den Berg liet zijn ploeg zeker dit seizoen wat defensiever spelen, De Koning staat voor aanvallend voetbal. Van den Berg was een baken van rust aan de zijlijn. En De Koning, zo bleek tegen Jong AZ, die kan zich nog wel eens laten gelden.
De Koning werd aan het einde van het vorige seizoen ontslagen, toen de kans klein leek dat hij Go Ahead Eagles voor de Eredivisie kon behouden en de Deventeraren in een alles-of-nietspoging hem ontsloegen. Hij was niet bang dat er geen nieuwe club zou komen. Wel merkte hij dat de trainersmarkt lastiger werd voor hem. “Ik moet realistisch zijn. Veel clubs kiezen toch voor een jonger iemand. Ik ben iemand van de oude stempel. Ik kan wel met een computer overweg, maar ik ben veel meer van het observeren. Kijken wat er gebeurt. Dat vind ik belangrijker dan wanneer iemand in het rood zit op een hartslagmeter, of zoiets”, aldus De Koning. “Ik ben misschien financieel niet onafhankelijk, maar wel geestelijk. Als het voetbal niet was gekomen, was ik wat anders gaan doen. Mijn broer heeft een goede meubelzaak. Daar zou ik ook goed kunnen werken. Maar dat is even op een zijspoor beland.”
Ambitie
De Koning koos niet voor meubels, maar voor RKC. Voor iemand die twee jaar geleden met Go Ahead Eagles nog niet naar de Eredivisie promoveerde, is dat een opvallende stap. Is hij niet iets te gerenommeerd voor een lage middenmoter voor de Jupiler League? “Lage middenmoter, dat kan in mei toch anders zijn?”, countert hij de vraag vol ambitie. “RKC is een club met een leuke historie en is weer helemaal in opbouw. De komende twee à drie gaat deze club commercieel stappen maken. Het sportieve gedeelte moet daarin meegroeien en ik hoop daarin een onderdeel te zijn. In eerste instantie is deze klus voor zes maanden. Kijken wat we aan elkaar hebben, niks mis mee. Het doel is nog steeds de play-offs te halen. Dat is met deze spelersselectie mogelijk, denk ik.”
In de dromen van RKC-fans zal De Koning het huzarenstukje dat hij bij Go Ahead Eagles flikte, een totaal onverwachte promotie, herhalen. De coach predikt op dit moment nog realisme, maar een vleugje bravoure kan men wel in zijn woorden ontdekken. “Het mooiste is als we na vandaag 24 wedstrijden moeten spelen”, maakt de coach de optelsom van achttien competitiewedstrijden en zes play-offwedstrijden. “Dat is waar je het voor doet. Maar we doen het stap-voor-stap. Laten we eerst eens bij de eerste tien zitten. En iets meer supporters naar het stadion trekken. Er waren er vandaag 2018, hoor ik net. Mooi getal, maar dat moet omhoog. Dát moeten de eerste stappen zijn.”