Wout Weghorst is misschien wel het meest ambitieuze dat de regio Twente heeft voortgebracht op sportgebied, en dan rekenen we het FC Twente van Joop Munsterman mee. Weghorst is nog meer vastberaden om aan te sluiten bij de top dan de club die hem zo lang van zo dichtbij over het hoofd zag vlak voor de val was.
Een liefhebber pur sang. Bijna twee meter, en minstens zo ambitieus als lang. Iemand die niet voetbalt voor centen, maar voor een cocktail van eer, trots en geldingsdrang, aangevuld met een druppel rancune. Zo kon het gebeuren dat hij als Heraclied na een doelpunt in de derby tegen FC Twente over het veld rende als de winnaar van een minuut gratis winkelen. En zo kon het ook gebeuren dat hij in januari 2016 met een vette bankrekening in het vooruitzicht hoogstpersoonlijk de stekker trok uit de contractonderhandelingen met Cardiff City. Het voelde niet goed meer voor gevoelsmens Weghorst. En juist zijn gevoel is zijn houvast. “Ik wil echt iets bereiken.”
WILSKRACHT
Opstootjes zijn dan verleden tijd; het Pietje Bell-imago kleeft nog altijd een beetje aan Weghorst. Als een sticker die ook na flink schrobben niet los wil.
Wie durft te zeggen wat hij vindt is al snel een doelwit. En Weghorst is niet op zijn mondje gevallen. Hij weet wat hij wil en voelt er weinig voor om zijn ambities onder stoelen of banken te steken.
Met een beetje fantasie en goede wil is Weghorst de Jamie Vardy van Nederland. Ook Weghorst speelde nog niet zo lang geleden in de krochten van het Nederlandse voetbal. De derde klasse amateurs. Pas in het eerste elftal van RKSV NEO werd hij opgepikt door een profclub, en zelfs toen zou het nog jaren duren eer hij een kans kreeg in de Eredivisie.
“Een mooie vergelijking. Vardy is natuurlijk ook helemaal omhoog gegaan vanuit de amateurs. Een mooi verhaal. Dat is voor mij hetzelfde. In 2012 ging ik van de beloften van Willem II als amateur naar FC Emmen. Nu sta ik waar ik nu sta. Dat is gewoon heel mooi.”
BUITENBEENTJE
Het is zijn zoveelste lange neus naar critici. En die zijn talrijk, ook na een sterk seizoen. Wout Weghorst is ook de naam waaraan, wanneer uitgesproken door Johan Derksen, lange tijd werd toegevoegd dat 'die houthakker er he-le-maal niets van kan'.
“Als ik Voetbal Inside zit te kijken en Derksen zit me elke week helemaal af te kraken, dan komt er iets in mij naar boven om zijn ongelijk te bewijzen. Zo van: je gaat het zien. Dat heb ik zó erg.” En altijd al gehad, vertelt Weghorst. Als klein kind was die bewijsdrang, die behoefte om profvoetballer te worden, al in embryonale staat aanwezig. Om in de jaren die volgden te groeien, evenredig aan zijn lange lijf.
“Ik dronk nooit. Mijn teamgenootjes bij NEO gingen vaak stappen, daags voor de wedstrijd. Dan werd ik helemaal gek. Zij hadden een heel andere levensinstelling. Logisch ook, als amateurs. Maar ik had die droom. En ook de discipline. Bij een derdeklasser heb je geen krachttraining of extra training, dus toen deed ik dat allemaal zelf. Ik lette goed op mijn voeding, volgde extra trainingen en ging vroeg naar bed. Zelfs op dat niveau was ik er al net zoveel mee bezig als ik nu ben.”
“Dat heeft me wel het predicaat arrogant opgeleverd. Ik was een buitenbeentje, nog steeds eigenlijk. Mijn vader runt een succesvolle onderneming in Borne, een oliehandel. Zijn bedrijf is de laatste jaren enorm gegroeid. Daar wordt altijd aan gerefereerd. Ik word er vaak mee geconfronteerd. Dat was bij NEO al zo. Dan zat Wout ineens alleen maar bij het eerste omdat zijn vader sponsor was.”
“Zelfs bij Heracles hoorde ik dat nog! Mijn vader was daar ook sponsor. Mensen zeggen weleens dat ik alleen daarom bij Heracles speelde. Haha, hij heeft daar al ruim tien jaar borden langs het veld staan. Ik heb er wel een hekel aan gekregen dat mensen zo over me praten. Ze keken vroeger altijd op een bepaalde manier tegen ons aan. Tegen mijn broers en mij. En zo was het ook met mijn voetbal, en mijn manier van voetballen. Mijn manier van beleven. Op school en zeker ook op het voetbal was ik wel echt een buitenbeentje. Dat is zo. Er was niemand zoals ik. Ik heb ook nooit echt vrienden gehad. Vroeger heb ik daar best veel last van gehad. Dat ik nooit ergens bij hoorde. Ik was altijd alleen. Had alleen mijn broers. Daarom hebben we denk ik ook zo'n sterke band. We hebben allemaal wel de drang om iets te bereiken. Misschien komt dat daar wel uit voort. Dat mensen denken dat dingen ons komen aanwaaien. Daardoor hebben we er keihard voor gewerkt om te worden wat we wilden. En inmiddels is dat al aardig gelukt voor ons allemaal.”
Wat dat betreft verschilt de kleedkamer van een profclub niet zoveel met die van NEO, of het klaslokaal in Borne. Weghorst heeft een eigen kledingstijl, leest weleens een boek en heeft een hbo-diploma Topsportmanagement & Ondernemerschap. “Ik denk dat ik nog steeds wel een buitenbeentje ben, ja. Zo voelt het voor mij soms nog wel. Ook als je kijkt naar beleving. De meeste profvoetballers doen aan extra trainingen. Maar ik denk dat er weinig mensen zijn die voetbal zó intens beleven, er zóveel voor overhebben, als ik. Ik ben wie ik ben doordat het voor mij niet vanzelfsprekend was om profvoetballer te worden. Dat voel ik nog steeds. Ik heb zin in iedere wedstrijd.”