Stanley Menzo
Eén van de laatste wedstrijden die Stanley Menzo in het eerste was Ajax speelde was het duel op bezoek bij Cambuur. Ajax was al landskampioen en daarom mocht de doelman, in wie Johan Cruijff het erg zat zitten, Edwin van der Sar nog even vervangen. Het jeugdproduct van de Amsterdammers brak door als enorm talent, werd uiteindelijk eerste keeper, maakte indruk met zijn ongelofelijke reflexen en pakte uiteindelijk ook de Europacup II en de UEFA Cup.
Sonny Silooy
Met Sonny Silooy brak er in de jaren tachtig een generatiegenoot van Menzo door bij Ajax. In tegenstelling tot de keeper werd hij nooit een vaste waarde en na zeven jaar vertrok hij naar Frankrijk. Twee jaar later keerde hij terug en als ideale twaalfde man en won hij met Ajax alles wat er te winnen viel. De vleugelverdediger zal echter vooral herinnerd worden aan zijn gemiste strafschop in de Champions League-finale tegen Juventus in 1996.
Danny Blind
In het centrum van de verdediging stond met Danny Blind een echte leider in het hart van de verdediging. De Zeeuw kwam in 1979 kort voor zijn 18e verjaardag in het profvoetbal terecht bij Sparta Rotterdam. Op Het Kasteel werd hij één van de topspelers in de Eredivisie en daarom trok Ajax hem in 1986 aan. In Amsterdam was hij meteen basisspeler en werd hij uiteindelijk ook de aanvoerder. In die hoedanigheid won hij in 13 jaar Ajax de Champions League, vijf keer de landstitel en bezorgde hij zijn club met de winnende strafschop de wereldbeker.
Frank Rijkaard
Een belangrijk moment voor het grote succes van Ajax in de jaren negentig was dat Frank Rijkaard in de zomer van 1993 teruggehaald werd. Het pakte allemaal goed uit, want de Champions League werd gewonnen door een assist van de routinier in de finale. Rijkaard werd bij Ajax van toptalent een grote speler en belandde via Sporting en Real Zaragoza bij AC Milan. Hij schitterde daar samen met landgenoten Ruud Gullit en Marco van Basten, waar hij (mede door zijn winnende doelpunt) tweemaal de Champions League wist te winnen.
Frank de Boer
Het seizoen nadat Oranje Europees kampioen was geworden, brak Frank de Boer door in het eerste van Ajax als talentvolle linksback. Na een aantal jaren kwam De Boer in het centrum terecht en wist hij met zijn geweldige trap indruk te maken, door zijn crosspasses en vrije trappen. Na elf jaar Ajax vertrok hij via een abritagezaak op uiterst pijnlijke wijze naar FC Barcelona, waar hij vijf mooie jaren kende.
Edgar Davids
Eén van de toptalenten in het begin van de jaren negentig was bij Ajax Edgar Davids. De pitbull was een geweldige straatvoetballer, maar ontpopte zich bij Ajax ook tot een keihard stofzuiger. Na vijf jaar succes met Ajax was er interesse uit de top en door het Bosman-arrest kon hij transfervrij naar AC Milan vertrekken. Na twee jaar Milaan nam Juventus hem over en daar werd hij een absolute publiekslieveling. In 2007 keerde hij als veteraan terug bij Ajax, dat werd echter niet een enorm succes.
Jari Litmanen
Doordat Ajax met Dennis Bergkamp een weergaloze nummer tien had, moest de talentvolle Jari Litmanen lang wachten op zijn kans. Het seizoen 1993/94 was het jaar van zijn doorbraak en in 30 competitiewedstrijden maakte hij 26 doelpunten. Het bleek een startschot voor een sprookjeshuwelijk, waardoor de Fin één van de populairste Ajacieden aller tijden werd. Bij Ajax werd hij een wereldster, maar bij FC Barcelona en Liverpool had hij later veel minder succes, doordat Litmanen heel erg veel last had van blessures.
Peter van Vossen
Naast Blind stond er met Peter van Vossen nog een Zeeuw in heet eerste van Ajax, die door Beveren in 1988 het profvoetbal haalde. Hij had vooral succes als snelle buitenspeler en werd daarom in 1993 door Ajax overgenomen van Anderlecht. Daar was hij de ideale twaalfde man, die tegen FC Groningen op het middenveld speelde. Daarna ging Van Vossen had avontuur aan en voetbalde hij bij Istanbulspor en Glasgow Rangers. In 1998 keerde hij terug naar Nederland, notabene bij Feyenoord.Daar pakte hij meteen de landstitel.
Finidi George
Van Vossen was geen basisspeler bij Ajax, omdat de de ploeg met Finidi George een uitstekende rechtsbuiten in de gelederen had. Ajax pikte hem op zijn 22e op uit Nigeria en hij werd al snel een basisspeler in de hoofdstad. Hij viel vooral op door zijn snelheid en zijn heerlijke schot, met als hoogtepunt zijn goal in de kruising tegen Bayern München.Na drie jaar Ajax vertrok Finidi naar Spanje en kende hij nog een mooi voetballeven in bij Real Betis, RCD Mallorca en Ipswich Town.
Stefan Pettersson
Met Litmanen had Ajax in het seizoen 1993/94 dus een echte publiekslieveling in de gelederen, maar hij was zeker niet de enige. Stefan Pettersson was namelijk ook enorm populair bij de eigen aanhang. In zes jaar Ajax scoorde hij erg veel en hij had ook een grote rol in het mooie spel van zijn club. Daarnaast is de Zweed een uiterst sympathieke man en dat maakte hem extra geliefd. Pettersson keerde in 1994 terug naar IFK Göteborg, waar hij eerder nog de UEFA Cup wist te winnen.
Marc Overmars
We sluiten het artikel af met een speler die niet alleen een enorm succes had in het succes van Ajax in de jaren negentig, maar dat ook heeft in het succes van de afgelopen jaren. Marc Overmars haalde het profvoetbal bij Go Ahead Eagles en vertrok na een jaartje Eredivisie bij Willem II in 1992 naar Ajax. De razendsnelle buitenspeler gaf in vijf jaar Ajax enorm veel assists en maakte zelf ook veel doelpunten, waarna hij in 1997 naar Arsenal vertrok. Door zijn drie goede jaren daar werd hij de duurste Nederlandse speler ooit, want FC Barcelona trok hem rond de eeuwisseling voor 40 miljoen euro aan.