De ploeg begon stormachtig aan de confrontatie en veroverde gelijk een hoekschop die door Alexis Sánchez naast werd gekopt. Hoewel Arsenal sterker opende, kwam het mede door sterk optreden van N'Golo Kanté en de rest van het Leicester-middenveld niet tot echt grote kansen. Na tien minuten schreeuwde het Emirates Stadium om een penalty voor vermeend hans van diezelfde Kanté, maar de scheidsrechter liet het begaan.
Na een kwartier kwam Kasper Schmeichel uit om een bal te onderscheppen. De Deen leidde en passant een counter in die Jamie Vardy een grote kans bood, maar de spits kon deze niet afmaken. De eerste helft bood verder weinig doelgevaar, tot vlak voor het einde. Vardy rende het strafschopgebied in en werd gevloerd door Nacho Monreal. De spits benutte de toegekende strafschop zelf.
Tien minuten na rust keerde de wedstrijd weer: Danny Simpson kreeg zijn tweede gele kaart voor trekken aan het shirt van Olivier Giroud. Met elf tegen tien kwam Leicester er in het vervolg van de wedstrijd niet meer uit. Twintig minuten voor tijd werd het gelijk toen Giroud een bal perfect klaarlegde voor Theo Walcott, die binnen ramde. Vanaf daar was alle hens aan het Leicesterdek.
Sánchez miste een halve kans, Per Mertesacker kopte van dichtbij naast. Schmeichel had vlak voor tijd nog een wereldredding paraat op een harde inzet van dichtbij van Giroud. Aaron Ramsey schoot naast, Giroud schoot ook naast. In de allerlaatste seconden was het toch raak: invaller Welbeck, die zijn eerste wedstrijd van het seizoen speelde, kopte een vrije trap van Mesut Özil binnen om Arsenal de punten te bezorgen.