Paul Bosvelt speelde het merendeel van zijn carrière in Nederland. Go Ahead Eagles, FC Twente en Feyenoord gingen Manchester City voor. Tussen 2003 en 2005 speelde de Nederlandse middenvelder in het lichtblauw van Manchester City, toendertijd een middenmoter. Een welverdiende transfer. De publiekslieveling van Feyenoord won met de Rotterdammers de UEFA Cup, Johan Cruijff Schaal én Eredivisie.
Kerstmannen in lichtblauw
De liefde van Bosvelt voor City, of beter andersom gezegd, begon al bij Feyenoord. In een wedstrijd tussen Feyenoord en Man United kreeg United-verdediger Dennis Irwin een snoeiharde tackle te verwerken, tot genoegen van de City-fans. “Bij die overtreding zat nog geen rivaliteit. Ik moet toegeven, die tackle was een beetje overdreven. Ik heb hem toen via de fax mijn excuses aangeboden. Later bij Wolverhampton Wanderers hebben we nog gesproken. Niets rancuneus. De City-fans zullen ervan genoten hebben.”
De rivaliteit tussen de grootmachten uit Manchester is groot. “Het is niet te vergelijken met een Nederlandse derby. Het is een derby waarbij een stad verdeeld is in twee. Heel Manchester leeft ernaartoe. Kerstmannen in lichtblauw, buschauffeurs in tenue, noem maar op. Als speler is het niet moeilijk om het belang van de wedstrijd te begrijpen.”
Boze brief
Wat Bosvelt minder begreep was een soort denkbeeldig contactverbod. “Ik weet nog dat Ruud van Nistelrooy, toen spelend bij Manchester United, het aan de stok had met Arsenal. Ik nam het voor hem op. Niet de bedoeling bleek later. Ik kreeg een aantal boze brieven in mijn postbus. Ik ga niet doen alsof ik iemand haat puur omdat hij bij de rivaal speelt. Onzin. Ruud en ik konden goed met elkaar opschieten.”
“De derby die me het meest is bijgebleven is de 4-1 winst. Wij waren maar een schrale middenmoter, Manchester United een titelkandidaat. Dat was een ongelooflijke stunt.” Vijftien jaar later doet niet alleen het rode gedeelte van Manchester mee om de titel. Ook de mannen in lichtblauw hebben hun plekje bovenin veroverd. “Tijden zijn veranderd, dat zeker.”