Toch begint het spel van Arsenal zo langzamerhand ook een bron van ergernis te worden. Om het feit dat de meeste spelers van Arsenal het maken van doelpunten altijd een soort van hinderlijke bijzaak hebben gevonden, heb ik vaak moeten lachen. Omdat ze de meeste wedstrijden toch wel op hun gemakje wonnen, was het voortdurende gemier voor de goal vaak vermakelijk.
Ik kan mij eerder dit seizoen een uitwedstrijd tegen Manchester City herinneren waarin de scheidsrechter al na drie minuten een speler van City van het veld stuurde, waarna Arsenal de volgende 87 minuten het positiespel bijna perfect uitvoerde. Spelers zwermden over het gehele veld, waren alttijd aanspeelbaar en vernederden City op een onwaarschijnlijke wijze. Dat Arsenal en passant nog drie goals maakte, leek voor de meeste Londense spelers een soort bijzaak; veel meer genoten ze van hun solo's over de gehele breedte van het veld en van de prachtig gelukte driehoekjes.
Dat deze speelwijze ook betekende dat Arsenal steeds weer net naast de hoofdprijzen greep, was voor mij een soort charmante collateral damage. Maar zo langzamerhand begin ik me toch wat meer te ergeren aan de infantiele manier waarop Arsenal, zodra de lentebloemen weer uit de grond komen, de ene na de andere titel om zeep helpt. Altijd weer zijn er die onbegrijpelijke missers, irritante blessures, onnodige rode kaarten en stomme tegengoals. Het is voor een verre bewonderaar al om gek van te worden. Voor de ware Arsenal-fan moet het nagenoeg onverdraaglijk zijn.
Ik ben benieuwd of de meest recente reeks van teleurstellingen gevolgen gaat hebben voor de positie van Arsène Wenger, één van de meest bewonderde trainers ter wereld. Samen met mij, zullen velen in het Emirates Stadion zich verbijsterd afvragen waarom het deze op-en-top vakman maar niet lukt om zijn ploeg een beetje behoorlijk te laten verdedigen.
Natuurlijk, onder leiding van de Fransman heeft Arsenal tot een jaar of vijf geleden veel gewonnen. Maar dat deed hij met een ploeg waarin Thierry Henry, Patrick Vieira en natuurlijk Dennis Bergkamp speelden. In die tijd was ook de verdediging tiptop in orde en maakte Arsenal niet alleen de meeste goals; het kreeg er ook de minste tegen.
Omdat Wenger wat mij betreft net zo bij Arsenal hoort, als een kers op de appelmoes bij Van der Valk, hoop ik dat de Arsenal-leiding vertrouwen blijft houden in hun grote Franse leider. Ook al zullen zij vurig hopen dat Wenger dat zooitje ongeregeld nu eindelijk eens twee basisbegrippen leert: verdedigen hoort er bij en dat netje aan de overkant: daar moet die bal in.
Dat is een vakman als Wenger toch eigenlijk ook aan zichzelf verplicht.
Jan-Hermen de Bruijn
Hoofdredacteur ELF Voetbal