Vooraf was de vraag wie zou aanhaken bij koploper Barcelona. In de eerste helft leek het erop dat Sevilla dit zou zijn. Kort voor rust kwamen de bezoekers op voorsprong via Maresca, die met een prachtige volley uit de draai vanaf zestien meter raak schoot: 0-1.
In de tweede helft kwam Real Madrid, dat in de eerste helft al een aantal kansen had gemist, sterk terug. De gouden wissel van Fabio Capello heette Guti. Met een splijtende pass zette hij Ruud van Nistelrooy voor doelman Palop. De Nederlander passeerde de sluitpost en schoot de 1-1 binnen. Nadat Daniel Alves dé kans op de 1-2 had gemist, zette Guti Robinho voor de goal. De Braziliaan scoorde maar moest het uitbundig juichen bekopen met zijn tweede gele kaart. Even later moest ook Sevilla-verdediger Aitor Ocio naar de kant nadat hij een tik had uitgedeeld in de tumultueuze slotfase.
In de slotfase kroonde Van Nistelrooy zich tot topscorer van Spanje door een rebound te benutten. De spits heeft nu twintig keer gescoord en passeerde daarmee Frederick Kanouté en Diego Milito. In de slotfase scoorde Chevanton uit een vrije trap nog de 3-2, maar dat kon de Madrileense vreugde niet bederven.
Eerder op de dag versloeg Espanyol Atlético Madrid met 2-1. Moha scoorde de 1-0 na negen minuten en een kwartier voor tijd maakte Walter Pandiani aan alle onzekerheid een einde door de 2-0 binnen te prikken. Martin Petrovs treffer in blessuretijd kwam te laat voor Atlético, dat dure punten liet liggen in de strijd om Europees voetbal.