Trainer Juande Ramos had voor Arjen Robben, Wesley Sneijder en Rafael van der Vaart een basisplaats ingeruimd. Robben speelde een behoorlijke wedstrijd, terwijl Sneijder en Van der Vaart onopvallend waren. Al kreeg Van der Vaart in de eerste helft wel een grote kans. De lob van de middenvelder was echter niet hoog genoeg om doelman Toño te verschalken.
Kort na rust deed Gonzalo Higuain dat wel. De Argentijn kapte een verdediger uit en passeerde Toño in de lange hoek. Klaas-Jan Huntelaar was op dat moment aan het warmlopen, maar na de goal zag Ramos geen reden de spits te wisselen. De Spanjaard haalde achtereenvolgens wel Robben, Sneijer en Van der Vaart naar de kant. Met name Robben kon de wissel niet waarderen. Tot aanvallend gevaar leidden de veranderingen niet. Sterker nog: Real mocht blij zijn dat Iker Casillas ondanks enkele mogelijkheden voor Santander niet gepasseerd werd.
De achterstand op Barcelona is negen punten. Barça kan daar zondag weer twaalf punten van maken als het wint van Sporting Gijon.
