Boyd Reith traint normaliter vijf keer in de week met Jong Sparta, maar de laatste weken mag de rechtsachter zich ook steeds vaker melden bij het eerste elftal van Henk Fräser. “Meestal doe ik mee met tactische trainingen. Natuurlijk speel je dan vanuit een bepaalde opdracht, maar ik kan mezelf wel laten zien. Het is niet dat ik alleen meedoe voor de andere spelers, maar ook zeker voor mezelf. Uiteindelijk is dat waarvoor ik naar Sparta ben gegaan: bij het eerste aansluiten. Het is dit seizoen mijn hoofddoel om te debuteren in het eerste elftal, misschien zelfs wel voor de winterstop.”
In zijn jeugdjaren was Reith een van de opvallende spelers in de opleiding van Feyenoord. Hij kreeg niet voor niets een contract aangeboden. “Ik speelde in Oranje Onder 17 samen met onder anderen Matthijs de Ligt, Justin Kluivert en Donyell Malen. Ik heb mijn profdebuut nog niet gemaakt, maar ik zie genoeg kansen voor mezelf om via voetbal mijn inkomen bij elkaar te spelen. Ik weet zeker dat het reëel is. Vorig jaar kon ik me echter niet laten zien, want ik speelde in Jong Feyenoord. Dan speelden we vaak om de drie weken, waardoor je totaal geen wedstrijdritme had. En als je speelde was het op een maandagmiddag voor dertig man tegen een nietszeggende tegenstander. Daar word je niet beter van. Dan is de Tweede Divisie natuurlijk iets heel anders.”
In duel met Justin Kluivert
Henk Fräser
Reith moet dan ook wennen aan de manier van voetballen in de Tweede Divisie. Volgens hem zijn tactiek en techniek iets minder belangrijk en ligt de focus meer op het fysieke aspect. “Dit is eigenlijk mijn eerste jaar in het seniorenvoetbal. Met Jong Feyenoord voetbalde ik ook nog tegen jongens van mijn eigen leeftijd. In die zin is het heel anders. Als Jong Sparta zijn we voetballend meestal de betere en hebben we simpelweg meer individuele kwaliteiten, maar bij ons ontbreekt het nog aan fysieke kwaliteiten en ervaren slimmigheden. Die oudere jongens weten beter wat er van hen wordt gevraagd.”
Het is ook een van de onderdelen waar Reith nog aan moet werken: zijn fysieke kwaliteiten. “Ik moet volgens trainer Henk Fräser nog aan mijn kracht werken. Ik weet zelf ook dat dit klopt. Ik zit dus vaak in de gym en heb naast het reguliere programma bij de club ook nog een speciaal programma aangevraagd om mijn core-stability te trainen. Ik voel dat ik me begin te ontwikkelen in fysiek opzicht. Het is bovendien belangrijk dat ik zoveel mogelijk blijf voetballen en dan zien we wel waar het schip strandt.”
Tijdens zijn officieuze debuut voor Feyenoord 1
Reith zelf is er dus van overtuigd dat dat schip minstens in het profvoetbal eindigt. Sterker nog, met iets meer geluk was dat al mogelijk geweest. “Ik moest afgelopen zomer weg bij Feyenoord. Ik ben stage gaan lopen bij Sparta en dat beviel van beide kanten goed. Er waren ook opties in de Keuken Kampioen Divisie, maar die clubs werden nooit concreet. Sparta wel en uiteindelijk was het ook geen moeilijke keuze te tekenen. Sparta voelde als een goede en warme club waar de doorstroming naar het eerste elftal goed is en bovendien heeft Jong-trainer Jeroen Rijsdijk veel vertrouwen in me. Hij heeft me goed opgevangen, waardoor ik beter in mijn vel zit. Ook eerste elftal trainer Fräser heeft veel aandacht voor de jonge jongens van Jong Sparta. Hij is een sociale, aardige en normale man waarmee je goed kunt lachen. Hopelijk mag ik onder hem debuteren dit seizoen.”