Chris Wobben zit thuis. Veel thuis. Moeten we met hemzelf dan medelijden hebben? Nee hoor, dat ook niet. Hij maakt van thuis werken een sport. "Ik heb net mijn kinderen en een kind uit de buurt aan het werk gezet voor een schoolopdracht", zegt hij deze vrijdagochtend via de telefoon. "Dat is een van de dingen waar ik nu op terugval: het onderwijs. Maar ik moet mezelf wel even opnieuw uitvinden. Ik leef voor het voetbal, de stadions, de interviews. Ik ben mezelf nu gewoon veel aan het terugluisteren om te kijken wat er beter kan."
En wat was de conclusie?
"Waar ik me bij radioverslaggeving (Langs de Lijn, red.) in wil verbeteren, is bijvoorbeeld meer 'in beelden' praten. Ik kan zeggen: 'Hakim Ziyech speelt z'n directe tegenstander uit.' Maar hoe doet-ie dat dan? Kapt hij hem uit? Ik mag best wat meer details geven. Daarnaast luister ik graag terug of ik vaak dezelfde woorden gebruik. Ik zeg bijvoorbeeld regelmatig dat iemand 'een goede bal in huis heeft'. Dat mag van mij wel wat minder."
"Wat ik ook veel doe is tactische analyses bekijken. Ik lees graag stukken van Pieter Zwart van Voetbal International om mezelf te ontwikkelen. Je kunt het als commentator vast ook volhouden door altijd op de vlakte te blijven, maar ik ben juist benieuwd naar wat een coach of een speler drijft. Waarom die beslissing op dat moment? Ik had laatst bijvoorbeeld Real Madrid tegen Manchester City. Real vloog er bovenop. City wist daar even geen raad mee. Op een gegeven moment zie ik Kevin De Bruyne kijken, zo van: bekijk het lekker, ik ga mijn eigen plan trekken En ineens kantelt de hele wedstrijd. Hoe dat dan kan, dat vind ik leuk om te weten, zodat ik het in mijn commentaar kan meenemen."
Een voetballer kijkt om zich te verbeteren niet alleen naar zichzelf. Ook naar Ronaldo of Messi. Hoe gaat dat bij jou?
"Ik ben deze week toevallig zo'n honderd keer getagd in dat filmpje van een Spaanse voetbalcommentator. Hij doet live verslag van wat er in de keuken gebeurt, nu hij noodgedwongen thuis moet zitten. Om beter te worden kijk ik gerust naar wat collega's doen, maar het is ook belangrijk om je eigen stijl te behouden. Ik ga voor de middenweg. Ik ben zelf iemand die tijdens werk altijd hoog in zijn enthousiasme zit. Dat wil ik graag zo houden."
Worden ze thuis niet al helemaal gek van je?
"De wedstrijden zijn altijd in het weekend of doordeweeks in de avond. Meestal ben ik nog twee dagen de deur uit om ergens op een evenement te spreken of iets in die richting. Maar ik ben het dus gewend om doordeweeks overdag veel thuis te zijn. Het is niet zo dat de kinderen mij ineens vaker zien of andersom."
Is het vol te houden, zo zonder voetbal?
"Ik mis het vreselijk, maar het geeft me wel de tijd om wat andere dingen te doen. Ik vergelijk het maar met een junkie: als je verslaafd bent, dan zoek je altijd wel een manier om aan je trekken te komen. Voetbal is nog steeds overal: er wordt weer eens wat over het EK '88 uitgezonden, documentaires genoeg en er zijn voetbalboeken te over. Dit alles is natuurlijk niet te vergelijken met voetbal in een stadion. Ik zoek in deze tijd naar een nieuw ritme om het vol te houden. Dat wil tot nu toe aardig lukken."
Foto: Guillaume Groen