Moeizame overwinning na valse start
We beginnen met de minst bekende overwinning van de 13 juni zeges. De verwachtingen waren hooggespannen voor het EK van 1996. Ajax had tweemaal oprij de Champions League-finale gehaald en van dat gouden elftal speelden veel jongens in het Nederlands Elftal. Zij konden niet voorkomen dat er puntenverlies werd geleden tegen Schotland in het openingsduel. Bondscoach Guus Hiddink greep in en zette onder andere Gaston Taument en Edgar Davids op de bank, laatst genoemde was witheet en zou het EK uiteindelijk eerder verlaten. Clarence Seedorf werd al na 26 minuten gewisseld. Toch liep de wedstrijd af in een succes. Oranje kwam lang niet door de Zwitserse muur heen, maar na 66 minuten wist Jordi Cruijff eindelijk voor de verlossende openingstreffer te zorgen. Vervolgens moest Zwitserland in de counter en dat zorgde voor ruimtes. Edwin van der Sar bediende met een fantastische uittrap Dennis Bergkamp, die schoot in eerste instantie op de keeper, maar benutte de rebound en besliste het duel.
Oranje verbaast de voetbalwereld en zichzelf
12 jaar later deed Nederland weer mee aan een Europees kampioenschap en weer speelde het de tweede groepswedstrijd op 13 juni. De ploeg van Marco van Basten had er een matige kwalificatie opzitten en dus was er weinig hoop op een succesvol eindtoernooi. Helemaal omdat Oranje in de poule des doods zat met Italië, Frankrijk en Roemenië. De verbazing was daarom groot toen Italië in het openingsduel werd ingemaakt. De wereldkampioen werd met 3-0 verslagen, dankzij doelpunten van Ruud van Nistelrooy, Wesley Sneijder en uitblinker Giovanni van Bronckhorst. De vraag was het duel met de Italianen een stunt was, of dat het Nederlands Elftal tot meer in staat was.
Dat laatste bewees het tegen Frankrijk. In een spannende eerste helft was Frankrijk de betere ploeg, maar stond Oranje voor dankzij een kopbal van Dirk Kuyt. In de tweede helft waren de rollen duidelijk omgedraaid. Nadat invallers Arjen Robben en Robin van Persie het veld hadden betreden, speelde Nederland het Franse elftal weg. Van Persie schoot een voorzet van Robben binnen, Thierry Henry bracht de spanning terug. Toen was het tijd voor de mooiste doelpunten van het toernooi, met de 3-1 van Robben en de 4-1 van Sneijder. Het Nederlands Elftal werd tot titelfavoriet gebombardeerd en de euforie in ons land was groot. Uiteindelijk eindigde het toernooi al in de kwartinale, dankzij het ontketende Rusland van Guus Hiddink.
Wondergoal Van Persie inluiding voor vernedering
Zes jaar later speelde het Nederlands Elftal een openingswedstrijd op vrijdag de 13e. Het WK 2014 in Brazilië ging ook voor Nederland beginnen en dat gebeurde met een replay van de WK-finale van vier jaar eerder. De demonen over de misgelopen wereldtitel dwaalden nog steeds rond in de hoofden van de fans en spelers. Daarnaast was de kwaliteit van het elftal achteruit gehold, terwijl alleen maar beter leek geworden. Louis van Gaal liet zijn ploeg daarom in een verdedigend 5-3-2-systeem spelen, maar het leek weinig uit te halen. Spanje domineerde in de openingsfase en kwam door een (dubieuze) strafschop ook op voorsprong. Maar alles veranderde toen toen Daley Blind vlak voor rust een prachtige dieptebal gaf. Met een ongelofelijke zweefduikkopbal zorgde Robin van Persie voor de gelijkmaker. Het wonderdoelpunt was de aanzet voor een ongelofelijke avond. Oranje was niet te houden in de tweede helft en zorgde voor een grote vernedering. Arjen Robben maakte twee doelpunten, De Vrij wist te scoren en Van Persie maakte zijn tweede, waarna er een surrealistische 1-5 eindstand op het scorebord stond.