De selectie van de nummer twaalf van de Eredivisie bedraagt momenteel acht aanvallers. En niet zomaar aanvallers. De salarissen zijn in gevallen riant, terwijl ook de transferbedragen die voor sommigen betaald zijn geen standaard vormen voor een club in het rechterrijtje van de Eredivisie. Na zeventien wedstrijden heeft NEC zeventien punten en staat het vrij teleurstellend twaalfde. Zicht op het linkerrijtje is er door de kleine verschillen nog wel.
Japanse concurrenten Linssen
Linssen mag aan die jacht gaan bijdragen. Waar hij het grootste deel van zijn carrière als linksbuiten speelde, is hij de laatste jaren toch echt een spits geworden. Daarom vindt hij in Nijmegen twee directe concurrenten uit het land van zijn vorige club: Japan. Koki Ogawa was tijdens de eerste seizoenshelft de uitgesproken nummer één, Kento Shiogai kon nog niet laten zien waarom hij een buiten-EU salaris opstrijkt en zat voornamelijk op de bank.
Echt een concurrentiestrijd was er op de schutterspositie dus niet, maar kan er nu wel gaan losbarsten. Op de flanken is dat al lang en breed gebeurd. Op rechts lijkt Sontje Hansen deze gewonnen te hebben van Rober Gonzalez, die daardoor steeds vaker naar de tien positie uitwijkt. Een positie waar ook Sami Ouaissa steeds vaker uitkomt, terwijl hij eerder dit seizoen ook als spits en linksbuiten in actie kwam in De Goffert.
Van Crooij-mania
Op links stond Basar Önal tot nog toe het meest opgesteld. Op papier heeft hij de minste concurrentie, hoewel Lars Olden Larsen wel teruggekeerd is van zijn huurperiode in Noorwegen. Bovendien is Vito van Crooij sinds een paar maanden NEC'er. Dat Van Crooij het direct geweldig heeft opgepakt, staat vast, maar echt een positie valt in Nijmegen nog niet op hem te plakken. Rechts, links, in de spits, op tien; hij heeft er allemaal gestaan. Een basisplaats heeft hij hoe dan ook, maar wie hem de tweede seizoenshelft completeren....?