Volgens cijfers van Transfermarkt zijn Arjen Robben (71), Memphis Depay (78), Ruud van Nistelrooij (78), Bas Dost (81) en Robin van Wolfswinkel (84) spelers die het vaakste de 1-0 of 0-1 op het scorebord zetten. Er zijn nog vijf voetballers, waarvan één nog actief is, die dit nog vaker deden in hun carrière.
Rafael van der Vaart – 86 keer
De voormalig voetballer van onder andere Ajax, Real Madrid en HSV flikte het meer dan tachtig keer om zijn club of land op voorsprong te schieten. De aanvallende middenvelder stond vaak op de goede plek en bewees zijn teams een belangrijke dienst.
Luuk de Jong – 87 keer
Natuurlijk staat ook Luuk de Jong in deze lijst. De kopsterke spits en aanvoerder van PSV is van enorme waarde voor zijn club. In zijn carrière, waarin hij ook nog voor FC Twente, Sevilla en FC Barcelona speelde, lukte het hem om 87 keer de score te openen.
Dirk Kuijt – 90 keer
Er waren weinig spelers die zoveel inzet hadden als Kuijt. De geboren Katwijker liet dit negentig keer merken door vooraan in de strijd te gaan en de 1-0 of 0-1 tegen de touwen te knallen. Dit deed hij het vaakst in de Eredivisie voor Feyenoord en in de Premier League bij Liverpool.
Robin van Persie 101 keer
Van de 274 doelpunten uit zijn carrière, scoorde hij meer dan honderd keer de openingstreffer. De all time-topscorer van het Nederlands elftal en huidig trainer van Feyenoord liet zijn klasse blijken in Nederland, Engeland en Turkije.
Klaas-Jan Huntelaar – 102 keer
De jarenlange ‘conculega’ van Van Persie bij het Nederlands elftal scoorde het vaakst de 1-0 of 0-1. Huntelaar was een geweldig talent bij Ajax, totdat hij furore maakte in Spanje bij Real Madrid. Via AC Milan en Schalke 04 kwam hij opnieuw in Amsterdam terecht, waar hij opnieuw doelpunten maakte. Hij mag met recht de absolute Mister ‘1-0’ genoemd worden!