Dit weekeinde hield de defensie van FC Barcelona het achterin weer potdicht. Atletico Madrid kon, als laatste topclub waar FC Barcelona dit seizoen tegen speelt, geen gaatje vinden langs doelman Marc-André Ter Stegen. Daarmee dateert het laatste tegendoelpunt dat de formatie van Xavi kreeg alweer van medio maart, toen Real Madrid één keer scoorde in El Clásico. Daarna bleef het doel vier wedstrijden op rij schoon.
Daarmee blijft het gemiddeld aantal tegendoelpunten met de wedstrijd zakken. Inmiddels is het gemiddeld aantal tegendoelpunten per duel van FC Barcelona gezakt naar een historische 0,3 tegentreffers. Daarmee verpulvert FC Barcelona hoogstwaarschijnlijk al het Spaanse record. Dat staat op 0,55 tegendoelpunten per wedstrijd, een record dat de Catalanen ook zelf neergezet hebben. In 2014/2015 kreeg het 21 tegendoelpunten. Een stuk meer dan de negen tot dusver. Als FC Barcelona op dit tempo doorgaat, heeft het slechts elf tegendoelpunten aan het einde van het seizoen.
Ronald Araújo speelt in het hart van het centrum
Europees record
Niet alleen in Spanje, maar ook Europees gezien is dit een unicum. Als de competitie op dit moment zou eindigen, pakt FC Barcelona het record van Cagliari af voor minste tegendoelpunten per wedstrijd in een seizoen voor de beste zes competities van Europa. In 1970 sloot de club uit Sardinië een seizoen af met elf tegendoelpunten uit dertig duels. Een record dat in de vijftig jaar daarna niet meer verbroken zou worden.
Het record voor een seizoen met 38 wedstrijden, zoals het seizoen van FC Barcelona, staat op naam van Chelsea. In 2004/2005 kreeg de ploeg uit Londen vijftien treffers tegen, wat gemiddeld op 0,39 uit komt. FC Twente staat momenteel tweede in het klassement met een gemiddelde van slechts 0,38 tegentreffers in 1971/1972 en heeft daarmee nog altijd het Nederlandse record in handen.
Club | Seizoen | Duels/tegendoelpunten | Gemiddeld |
1. FC Barcelona | 2022/2023 | 30/9 | 0,30 |
2. Cagliari |
1969/1970 |
30/11 |
0,37 |
3. FC Twente | 1971/1972 | 34/13 | 0,38 |
4. Chelsea | 2004/2005 | 38/15 |
0,39 |
5. AC Milan | 1968/1969 | 30/12 | 0,40 |
6. AC Milan | 1987/1988 | 30/12 | 0,40 |
7. AC Milan | 1993/1994 | 34/15 |
0,44 |
8. Arsenal | 1998/1999 | 38/17 |
0,45 |
9. Torino | 1976/1977 | 30/14 | 0,47 |
10. Juventus | 1981/1982 | 30/14 | 0,47 |
FC Barcelona heeft nog acht wedstrijden te gaan om definitief het record voor de top 6 competities van Europa over te nemen. Een plek in de top tien moet er sowieso in zitten, maar het behouden van de eerste plek is zeker niet ondenkbaar. Van de tegenstanders die FC Barcelona nog treft, zijn Real Sociedad en Real Betis de grootste uitdagers. De overige tegenstanders van Xavi's elftal vechten tegen degradatie of vechten in de middenmoot.