Je bent vijftig. Kilo's beginnen zich op te stapelen. Kinderen het huis uit. Op zaterdag loop je achter je grasmaaier te bedenken wat je in hemelsnaam op zondag moet doen. Toch maar weer een keer de voetbalschoenen uit het vet halen. Op het veld word je omringd door mannen met dikke buiken. Alsof God je in braille wil vertellen dat de tijd om te stoppen al enige tijd geleden was aangebroken.
Kazuyoshi Miura is vijftig. Kilo's hebben geen houvast aan zijn tengere lijf. Wel komen er ieder jaar een paar grijze haren bij. Een paar pijntjes ook. Ieder jaar worden de groeven in zijn gezicht iets dieper. Ieder jaar is er weer die vraag: wanneer ga je nou stoppen? En ieder jaar volgt dan hetzelfde antwoord: nog niet.
Hij speelde in een competitie met Gary Lineker en Zico. Franco Baresi brak zijn neus toen hij op huurbasis naar Genoa was uitgeweken. Er zijn zwart-witfoto's van Miura met een bos rozen in zijn handen na het winnen van de eerste Azië Cup voor Japan in 1992. Japan had destijds nog geen enkel WK meegemaakt. Nog eens drie Azië Cup-zeges en vijf WK's mét Japan verder speelt King Kazu nog steeds.
King Kazu in actie voor Genoa in het seizoen 1994/95
Brazilië
Het leven kent vele manieren om je te vertellen dat je oud wordt. Elke nacht opstaan om te plassen. Nog weten wie John Roox is. Kazuyoshi Miura luistert er niet naar. Het enige geluid dat zijn aandacht krijgt is de stem in zijn hoofd die zegt dat hij op het voetbalveld moet staan. Het was diezelfde stem die hem op zijn vijftiende deed besluiten om het vliegtuig in te stappen naar Brazilië. Op school in Japan had hij beelden gezien van Roberto Rivelino. Voetbal als kunstvorm, dat kenden ze niet in Japan, waar de sport werd geïntroduceerd op basis van Duitse principes als doorzettingsvermogen, uithoudingsvermogen en teamgeest.
De geboorte van professioneel voetbal in Japan, de J-League, zou nog ruim een decennium op zich laten wachten. Miura had het geduld niet. Hij wilde de schoonheid van het voetbal met eigen ogen ervaren en verhuisde naar Brazilië. Hij maakte zich de Braziliaanse speelwijze eigen, voegde daar zijn Japanse opleiding aan toe, en een makkelijk scorende spits was geboren. Miura werd opgepikt door topclub Santos en speelde voor Palmeiras.
Terugkeer
In 1990, vijf jaar na zijn vertrek uit Japan, keerde Miura terug naar het land van de rijzende zon. De zon was immers niet het enige dat opkwam in Japan. Ook het voetbal was aan een opkomst begonnen. In de beginjaren van de J-League was Miura de enige Japanner die zich qua populariteit kon meten met de afbouwende legendes uit Europa en Zuid-Amerika die de competitie bevolkten. Hij won de eerste twee edities van de J-League en werd verkozen tot Aziatisch Voetballer van het Jaar.
Die laatste trofee is 24 jaar geleden. 24 jaar na zijn uitverkiezing als de beste van Azië speelt Miura voor Yokohama FC in de J-League 2. In maart van dit jaar maakte hij het enige doelpunt in de wedstrijd tegen Thespakusatsu Gunma en werd hij de oudste doelpuntenmaker in de geschiedenis van het profvoetbal. Vijftig jaar en zeven dagen, twee meer dan Sir Stanley Matthews toen hij in 1965 voor Stoke City scoorde tegen Fulham. Het dansje dat Miura vervolgens maakte om zijn doelpunt te vieren was van een souplesse waarvan iedere vijftigjarige alleen maar kan dromen, lopend achter zijn grasmaaier.