Vlechten lopen in strakke banen over zijn hoofd, als wijnranken. Soms bovendien in een ingewikkeld model en daarmee een prima exercitie voor de geoefende labyrintpuzzelaar.
José Manuel Pinto maakte zelf ook deel uit van een FC Barcelona-puzzel. Een puzzel waarvan alle stukjes onder Pep Guardiola naadloos in elkaar vielen. Tussen 2008 en 2014 was hij onderdeel van een team dat de sport veranderde. Een team dat de wereld deed kennismaken met tiki-taka. Dat alle prijzen won die er te winnen zijn. Oké, misschien eerder ondanks dan dankzij de aanwezigheid van Pinto, maar hij won ze dus wel, die prijzen. Ook de Champions League, tweemaal zelfs.
De doelman uit het Andalusische El Puerto de Santa María was niet de meest getalenteerde speler in die extreem succesvolle Catalaanse selectie, zeker niet de beste, integendeel, maar zonder twijfel wel de meest efficiënte. Met slechts 35 wedstrijden, verspreid over zeven seizoenen, heeft Pinto een prijzenkast ter grootte van een zeecontainer kunnen vullen. Zeventien stuks in totaal. Dat is gemiddeld een prijs per twee wedstrijden. Vier keer LaLiga, twee keer de Champions League, drie keer de Copa del Rey, twee Europese en vier Spaanse Super Cups en twee keer de Wereldbeker voor Clubteams; José Manuel Pinto won meer prijzen met FC Barcelona als speler dan Pep Guardiola (zestien).
Zijn bijdrage aan dat succes leverde hij behalve in die 35 wedstrijden vooral náást het veld. In de kleedkamer. Pinto zat aan de knoppen bij een van de meest succesvolle teams in de geschiedenis van het voetbal. Letterlijk dan. Hij was verantwoordelijk voor de muziek die door de speakers in de kleedkamer schalde. Deels muziek van eigen makelij, soms hiphop, soms muziek door hemzelf beschreven als reggaetondancepop. Het was Pinto die de stemming in de kleedkamer bepaalde.
En er is meer. Zo introduceerde hij de 'cobrakiss', een begroeting waarbij hij met zijn hand een cobra vormde door zijn vingers bij elkaar te klemmen en een happend gebaar te maken. Gretig overgenomen door onder anderen goede vriend Lionel Messi. Pinto en De Vlo zouden volgens geruchten zelfs zo goed bevriend zijn dat die laatste tijdens diens contractonderhandelingen eiste dat ook Pinto voor de club behouden bleef.
MUZIEK
Tot 2014 dus, toen Pinto op 39-jarige leeftijd zijn handschoenen definitief inwisselde voor het mengpaneel. Alle aandacht ging op zijn muziek. Muziek die bij Sierd de Vos de vraag opriep of Pinto ook bij het bedienen van zijn geluidsapparatuur zijn keepershandschoenen aanhoudt.
Smaken verschillen kennelijk. De muziek van Pinto, artiestennaam Wahin, is te horen in de bioscoopfilm The Fate of the Furious, deel acht van de bekende The Fast and the Furious-serie. Ook leverde hij de soundtrack Papi Papi voor de Ice Cube-komedie Ride Along 2 en verzorgde hij de muzikale begeleiding voor een documentaire over het gouden FC Barcelona waarvan hij deel uitmaakte. Dáár kreeg hij overigens géén prijs voor.