Dat alles heeft te maken met de Coëfficiëntenlijst van de UEFA. Deze lijst, die wordt opgemaakt over de laatste vijf seizoenen, bepaald hoeveel clubs een land in mag schrijven voor de Europese clubtoernooien. En de rekensom die daarbij gemaakt wordt vergt enige aandacht.
Voor een overwinning in de groepsfase van de Champions League of de Europa League krijgen clubs natuurlijk drie punten. Maar een overwinning in Europees verband is daarnaast goed voor twee punten op de coëfficiëntenlijst van de UEFA. Een gelijkspel is daarnaast goed voor één punt. Bonuspunten zijn er voor het bereiken van de Champions League (4), de knock-outfase (5) en een kwartfinale, halve finale en finale (allen 1). Tot zover is het nog geen hogere wiskunde.
Maar dan begint het rekenwerk pas. De coëfficiëntenlijst wordt dus opgemaakt over de laatste vijf seizoenen. Voor elk seizoen wordt het aantal totaalaantal punten van een land gedeeld door het aantal deelnemende clubs. Dit getal wordt vervolgens naar beneden afgerond, op drie cijfers na de komma. Op deze manier berekend de UEFA de coëfficiënt van een land.
Tot zover het rekenwerk, op naar de praktijk. Dat Nederland in Europees verband enkele magere jaren achter de rug heeft is algemeen bekend. Europese blamages volgden elkaar in hoog tempo op. Dit had voor het Nederlandse voetbal logischerwijs zijn weerslag op de coëfficiëntenlijst, waarop het vorig seizoen als dertiende eindigde.
Dit betekend concreet dat Nederland vanaf het seizoen 2018/19 geen direct ticket voor de groepsfase van de Champions League meer heeft. De kampioen van dit seizoen moet dus eerst de voorronde van de Champions Leauge overleven om zich te plaatsen voor het hoofdtoernooi. Gelukkig gloort er hoop voor het vaderlandse voetbal.
Dit komt onder andere door het wegvallen van het Europees teleurstellend verlopen seizoen 2012/13. Dit in combinatie met de Europese successen van Ajax afgelopen seizoen zorgt ervoor dat Nederland is gestegen naar een elfde plaats. Dit is weliswaar nog net buiten de top tien, die recht geeft op een ticket voor de groepsfase van de Champions League. Desondanks hoeft dit geen probleem te zijn voor het Nederlandse voetbal.
Land | Totaalaantal punten |
1. Spanje | 89.069 |
2. Duitsland | 63.427 |
3. Engeland | 61.962 |
4. Italië | 60.416 |
5. Frankrijk | 46.665 |
6. Rusland | 42.182 |
7. Portugal | 39.082 |
8. België | 36.900 |
9. Oekraïne | 34.333 |
10. Turkije | 30.200 |
11. Nederland | 28.149 |
De nummer elf van de coëfficiëntenlijst is namelijk ook verzekerd van een direct ticket voor de Champions League als de winnaar van het toernooi zich via de competitie op eigen kracht plaatst voor het Miljardenbal. Zoals Real Madrid dit jaar bijvoorbeeld deed. Daarnaast zit Nederland nummer tien Turkije inmiddels op de hielen.
Daarin deed het Nederlandse voetbal in de tweede voorronde van de Europa League goede zaken. FC Utrecht wist namelijk FC Valetta uit te schakelen terwijl Galatasaray verassend struikelde over het Zweedse Östersunds FK. Nederland liep daardoor weer in op Turkije. Donderdagavond ging het echter mis.
PSV verloor in eigen huis dus van NK Osijek terwijl Utrecht tegen Lech Poznan niet verder kwam dan 0-0. Het Turkse Fenerbahçe wist echter Sturm Graz met 1-2 te verslaan. Hierdoor is het verschil tussen Turkije en Nederland op de coëfficiëntenlijst gestegen van 1.951 naar 2.051 punten. Het is aanstaande donderdag dus niet alleen in het belang van de clubs, maar ook dat van het Nederlandse voetbal dat zowel PSV als FC Utrecht zijn wedstrijd weet te winnen.